.


.

dinsdag 19 november 2024


 

Op  de verjaardag van mijn vader, 8 mei 2024, werd mijn poëziedebuut wereldkundig gemaakt.

Je kunt het bij mij bestellen (dan schrijf ik er iets persoonlijks in), bij de betere boekhandel en online.

Ook bij de uitgever is dit mogelijk: YH-Nulpunt - Liverse Book 2023

Achterflaptekst:

Yvonne van der Haven (1964) regisseert, schrijft voor film en theater en geeft les in scenarioschrijven en (film)acteren. Zij leest haar poëzie op podia, bij speciale gelegenheden en publiceerde in verschillende verzamelbundels. In De Gedenktuin op de Zuiderbegraafplaats in Rotterdam is op een bankje een gedicht van haar te lezen. Nulpunt is haar debuut, een poëtische reis door een buiten- en binnenwereld, balancerend op het raakvlak tussen min en plus, het moment waarop water verandert in ijs, waarop afscheid zich ongemerkt maar onafwendbaar aandient. 

‘Ik wens het eenieder toe: het moment meemaken waarop een stem wordt geboren. Waarop een nieuw en uniek geluid gaat klinken – hoe er vanuit reeds bestaande en zoekende taal, vanuit aarzelende verwoordingen en losse, ongeleide taalvondsten plotseling poëzie ontstaat. Het moment waarop een dichter wordt geboren – het inzicht dat binnenvalt, het kijken zoals er nog niet is gekeken, de taal die is gevonden. Yvonne van der Haven liet het me met haar gedicht Nulpunt stap voor stap meemaken. Het was alsof ik getuige was van nieuw leven.’

 Bas Kwakman


woensdag 10 juli 2024

voor de eeuwigheid



voor de eeuwigheid


de fenomenale 

zinderende knal


we hopen

op iets


je weet 

dat het er in zit


het keurslijf 

afgooien


het kan gewoon


is het stil 

word gek


word fataal


hoe dit

heeft kunnen 

gebeuren


voor de eeuwigheid





Yvonne van der Haven

Halve finale NED-ENG

#voetbalflarf

#EK2024







donderdag 29 februari 2024

Schrikkeltijd is jarig

Op 29 februari 2008 werd Schrikkeltijd geboren.

Vanaf die dag plaatste ik gedichten op Trouw Schrijf!

Een platform met schrijvers en denkers, dichters en verhalenmakers.

Daarop volgde dit weblog. Vandaag wordt het 4 jaar oud.

Ooit zei ik, binnen vijf jaar dan...dan...ja, dan is het zover!

In schrikkeltijdjaren zou dit wel eens waarheid kunnen worden.

Schrikkeltijd.

Tijd die over is.

Waarin gemijmerd, gedroomd, gedicht en geschreven wordt.

Sommige dingen veranderen niet. 

Er staan mooie dingen te gebeuren.





dinsdag 28 december 2021

Ruis


Geschuif van stoelen. Mijn moeder en broer zoeken naar de juiste plek, zodat mijn moeder alles goed kan horen. Als drie marsmensjes zitten we te wachten op onze gezagvoerder, die ons gaat vertellen wat onze missie wordt.

‘Lekker weertje hè?’, zegt mijn vader. Hij verslikt zich. Al hoestend praat hij verder: ‘Speciaal voor ons!’ Een constante ruis vult de stilte. Daardoorheen hoor ik heel in de verte de grote hijskranen die boven de kamers aan de overkant uitsteken en in beweging komen. Een waterig zonnetje verlicht hun grijparmen en trekt een brede strook licht over het bed van mijn vader.

Op de gang ratelt een koffiekar voorbij. De geriater, we kennen hem van vorige keren, stopt bij de deur. Het duurt even voor hij binnenkomt. Handschoenen, schort, mondkap, bril. De ruis vult de longen van mijn vader met zuurstof. De deur piept en wordt behoedzaam open- en weer dichtgedaan.

Een paar maanden eerder vertelde dezelfde dokter aan mijn vader dat de testjes uitwezen dat hij de ziekte van Alzheimer heeft. Dat het rekenen nog prima gaat, maar dat hij steeds meer zal vergeten. Mijn vader begreep het: ‘Ik heb goed geluisterd!’

Of mijn vader hem nog herkent en zich herinnert wat besproken is weten we niet.

Wel weet ik dat deze arts een held is en steeds weer de juiste woorden weet te vinden, de woorden die wij soms wel denken, maar niet uit durven spreken.

De dokter groet ons en stelt zich voor aan mijn vader. Komt extra dicht in zijn gezichtsveld. Hij praat hard en langzaam. Als liplezen niet meer gaat is dit zijn enige manier om zich verstaanbaar te maken.

‘Hoe gaat het met u?’

‘Goed.’ zegt mijn vader. Hij ligt al ruim twee weken in het ziekenhuis en wil naar huis.

‘Weet u waarom u hier bent?’ Mijn vader haalt zijn schouders op.

‘We hebben in uw bloed gekeken of u een ontsteking heeft, maar de waardes wijzen daar niet op. De antibiotica heeft niet geholpen. Toch heeft u steeds meer zuurstof nodig  en bent u steeds benauwder. Dat komt door het virus dat u hier opliep. Er zit steeds meer vocht achter uw longen. Uw hart kan dat niet aan.’ Hij pauzeert even.

‘Dit betekent dat u komt te overlijden.’

 Gerommel in een tas. Een piepje. Mijn moeder zet haar gehoorapparaat wat harder.

 ‘Begrijpt u wat ik u vertel?’ Mijn vader knikt in de onzichtbare, ruisende stilte.

‘We gaan de medicijnen stopzetten en de zuurstof langzaam afbouwen. Maar we gaan wel zorgen dat u daar geen last van hebt, en het u zo comfortabel mogelijk maken.’


Mijn vader fluistert: ‘Dankuwel.’

 

Dan krult hij zichzelf in de foetushouding. 

Ik staar naar de voicerecorder op mijn mobiel. Het blijft stil.

Scroll de opname een stukje terug. ‘Dankuwel.’

We zijn er. De ruis blijft rondzingen als we uitstappen. We tillen de kist, dragen mijn vader de kerk in. Boven de kerk verschijnt een regenboog.

Ik hoor mijn vader. ‘Lekker weertje hè?’ Hij verslikt zich niet meer.

‘Speciaal voor ons.’




 

 

zaterdag 30 januari 2021

Mariken meets Zadkine







Mariken kleppert ongeduldig 
op de klinkers, Zadkine  
vult zijn hart met hoop en slaakt
opnieuw een kreet, hij weet

ervaren en door jaren wijs, als
geen ander van het bouwen
op elkaar en op de Maas

de dichter heeft de nacht
de wacht gewisseld, de stad
gebleven, wacht nog even
op het voorjaar, Rotterdamse
lente, kom, Mariken, kom
we gaan  


Dit gedicht schreef ik als antwoord op een gedicht van de nieuwe stadsdichter van Nijmegen: Heidi Koren.
Haar gedicht vind je in dit filmpje                     




woensdag 16 december 2020

Hoe schreef ik de korte film Es mineur…

Het is not done en lijkt een ongeschreven wet: Je film leg je niet uit. 

Voor de korte film Es mineur maak ik een uitzondering. Ik wil proberen mijn intuïtieve schrijfproces te vangen. Wie weet inspireer ik anderen met een kijkje in mijn hoofd en keuken, en ook voor mijzelf is het een oefening in het zoeken naar en ontdekken van mijn ideale schrijfproces. 

Waarschuwing: deze tekst bevat spoilers, de korte film eerst zien? Dat kan hier. 

In korte tijd een korte film schrijven. Karakters bedenken, de hoofdpersoon bepalen, een emotionele lijn bedenken. Het thema ontdekken en daar op voortborduren. Structuur aanbrengen. Dat is het rationele deel. Maar het echte schrijven gaat intuïtief. Als duidelijk is wat ik wil vertellen, wat het thema en de arena zijn, kom ik in een soort flow en komen de woorden en dialogen vanzelf. Als ik vastloop google ik soms, doe research naar iets specifieks en kom door mijn kokervisie altijd op de dingen uit die ik kan gebruiken.

Bij de 48-film Es mineur die ik schreef voor Merlijn Remmig viel alles samen. Ik neem je mee in het proces. Op vrijdagavond krijgen we de volgende verplichte elementen:

Personage: Boomchirug 

Zin: Dat had ik je ook kunnen vertellen

Prop: Een fotolijstje

Genre: Tragedie

Locatie: Een Bed & Breakfast in de polder.

Acteurs in de wacht: 3 mannen en een vrouw.

Het eerste overleg met Merlijn

We beginnen met het idee van een burenruzie om een boom. Over de tegenstelling tussen natuurlijk tuinieren en het strooien met gif. De diepere laag die er daardoor vanzelf inkomt is het materialisme tegenover het dicht bij de natuur leven en met het eenvoudige tevreden zijn. Een thema waar we ons allebei in kunnen vinden. Waar we binding mee hebben, dat ons  inspireert. Maar is er een geschikte boom op de locatie?

Research

Een belronde levert het volgende op: De boom op onze draailocatie blijkt een Es van honderd jaar oud. Een zieke boom, wat een wrang maar geweldig toeval.

Research naar specifiek de Es, want, hoe specifieker hoe interessanter, levert inspiratie op voor de hoofdpersoon. Een Es staat bekend om het zelfherstellend vermogen door wonden in te kapselen. Iets wat de hoofdpersoon ook doet. Maar als de wond te groot is, redt de boom het niet.

 Voortbordurend op dit gegeven  besluit ik dat de boom voor de hoofdpersoon een emotionele lading moet krijgen. Zodat de burenruzie niet een ordinaire Rijdende Rechter Ruzie wordt maar een diepere betekenis krijgt en de noodzaak en tragedie voor de hoofdpersoon duidelijk worden.

De boom wordt het symbool voor de overleden vader van de hoofdpersoon. Hij wil, koste wat kost, tegen beter weten in, de boom, en daarmee zijn vader, in leven houden.

Vragen, doordenken en verdiepen

 Het begin is er, nu doordrukken. Ik stel mijzelf vragen.

Hoe zet ik de prop en het karakter zo optimaal mogelijk in binnen dit thema?

Ik bedenk drie generaties boomchirurgen met de boom als symbool voor deze familie. (En nu pas, na drie keer herlezen van dit blog, kom ik op het woord stamboom, een voorbeeld van hoe intuïtie werkt, hoe een thema kan resoneren in je onderbewuste.) De boom geplant door opa, dan de vader die de boom verlichting wil geven en een tragische dood vindt door een val uit de boom. De zoon, mijn hoofdpersoon, die de boom liefdevol verzorgt en wil genezen.

Hoe vang ik dit zo goed mogelijk in beeld?

Ik maak van de boom een herdenkingsplek, met fotolijstje, hakbijl, snoeischaar (de instrumenten van de boomchirurg) en een kaarsje dat aangestoken wordt in het beginbeeld: Show don’t tell. Ik begin met schrijven, laat tussendoor dingen lezen en bouw stug door. Na de eerste draft stel ik weer vragen en schaaf en schaaf.

Hoe buit ik dit uit met de hoofdpersoon, welke informatie geef ik de kijker, hoe doseer ik?

De hoofdpersoon houdt een gesproken logboek bij. Ik begin bij dag 1. Maar besluit na herlezing tot iets anders. Door te benadrukken dat hij dit al lang doet begin ik bij dag 363.

Door de man van de bodem- en bomeninspectie vragen te laten stellen geef ik informatie over het tragische ongeval van een jaar geleden. Ik laat de hoofdpersoon het niet letterlijk uitspreken. Zijn emotie, zijn stem die stokt en het beeld moeten het verhaal vertellen.

De gesproken berichten eindigen op de laatste dag, precies een jaar na het tragische ongeval met vader. De hoofdpersoon neemt een besluit en spreekt voor het eerst letterlijk tot zijn vader: Sorry pa. Hier wordt het duidelijk: Het logboek staat symbool voor de band met zijn vader, als onzichtbare navelstreng met de dood. 

Heb ik het genre genoeg benut?

De hoofdpersoon maakt emotionele keuzes die slecht voor hem aflopen. De boom moet vallen. Hoe dan ook. Maar ik wil naast die ontroering ook een lichtpuntje en niet alleen maar tragedie. Dus geef ik de antagonisten, symbool voor de materialisten, een komische touch mee. Zodat via de lach, de traan harder binnen komt.

De boom wordt in mijn eerste versie omgezaagd door de antagonisten, de hoofdpersoon kijkt toe. Maar is het niet tragischer als hij zelf besluit de buren voor te zijn.  Hiermee maak ik de hoofdpersoon actief. Dat is schrijnend, dat schuurt, en dat willen we. Dat is tragedie pur sang. 

Wat wil ik vertellen?

De boom valt, de hoofdpersoon accepteert de dood, en daarmee de dood van zijn vader.

Maar met een lichtpuntje: Van het niet aangetaste hout maakt hij een bijl: symbool van strijdbaarheid, tegen het materialisme, de grote machines die de natuur laten wijken voor aangelegde natuur en het idee van de maakbare consumptiemaatschappij.

De vruchten geeft hij mee aan zijn vader en de wind. Als symbool voor een nieuw begin en de kringloop van het leven.

Loslaten

Het grote loslaten begint. De regisseur, acteurs, cast & crew gaan met mijn kronkels aan de slag. Tijd om dingen uit te leggen is er bijna niet. Ik kom in de middag even op set langs. Zie hoe mijn script tot leven komt. Mag me verwonderen, mag ruiken aan de magie van de delen die uiteindelijk het geheel omhoog mogen tillen. Mag gaan kauwen op de logline.

Sommige dingen vallen achteraf pas op zijn plek. Zoals de titel. Die ontstond pas zondagochtend: 

Es mineur.