.


.

zondag 30 december 2018

Wat een feestje der herkenning. Kijken mensen, kijken.



Wat een feestje der herkenning. Kijken mensen, kijken. 
Vandaag ontdekte ik op Youtube de gesprekken onder de naam Roundtable NBF*, ik keek naar de aflevering met  Regisseurs. Een mooi gesprek over het proces van het filmmaken.

Afgelopen twee jaar heb ik mogen ervaren hoe het is om een lange speelfilm te maken. Dit heeft me heel wat gekost. Geen inkomsten, want vrijwel geen budget, en vrijwel geen tijd om als zzp-er aan inkomsten te komen. Maar wat een investering voor het leven die niet in geld en bijna niet woorden te vangen is. Een investering in tijd, in energie, in hoogtepunten en in dieptepunten. Soms was het zwaar, soms was het geweldig, maar wat een luxe is het om op je eigen set en in je eigen speelfilm te leren en te ervaren wat een lange film maken werkelijk inhoudt. Ik heb geleerd, ik heb ontdekt, ik heb me ondergedompeld in alles wat met film te maken heeft, met de handen in mijn haar gezeten, ik heb prachtige mensen ontdekt, werk nog steeds met geweldige en gedreven mensen samen en over een maand is het zover. Première in Pathé De Kuip, nota bene in drie zalen tegelijk, 830 kinderen en volwassenen die tegelijk het resultaat van ons proces gaan zien, het resultaat van keihard werken, euforische momenten, dieptepunten, geluksdagen, slapeloze nachten, inspiratie, afzien, zweetdruppels (letterlijk, tijdens de hittegolf), kippenvel (letterlijk, op onze bitterkoude laatste draaidag) en laatste best wel zware loodjes die nog verzet moeten worden.

Als perfectionist realiseer ik me altijd wat beter kan, zeker nu ik de mores van het hele proces een keer heb meegemaakt, wat een rollercoaster. Een rollercoaster vol nieuwe ervaringen waarin halverwege inzichten kwamen, waarin oude ideeën nieuw leven in werden geblazen, overtuigingen bevestigd werden en we af en toe grandioos over de kop gingen. Er valt nog zoveel meer te leren, en bij een volgende film gaan we heel veel dingen ongetwijfeld helemaal anders doen. Ik vermoed dat ik bij een volgend project pas weer meer aan het echte inhoudelijke filmmaken toe zal komen. Tegelijkertijd is het heel troostend om te merken dat ook deze filmmakers nog altijd zoekende zijn.
En we hebben het maar mooi wel gedaan. En daar ben ik ontzettend dankbaar voor.



PS. Ik wilde geen terugblik doen zo aan het eind van het jaar, maar dit begint er toch wel een beetje op te lijken.

Roundtable NBF is een initiatief van de NBF en een serie van Ron Toekook en Boris Klatser.
Op zondag 30 december vond om 12.00 uur de première plaats van de derde en laatste aflevering van dit jaar van Roundtables NBF. Oscarwinnaar Mike van Diem, Gouden Kalfwinnaar Sven Bresser en Gouden Kalf-genomineerde Gonzalo Fernandez praten bijna twee uur over hun genomineerde film en het regievak. Een paar van de beste filmregisseurs van Nederland over tijdsdruk, budget, montage, muziek en werken met acteurs.

maandag 3 december 2018

god is klein



aan alle moeders
die geen moeder waren
wat is het dat mij
aan u bindt het kind
dat door de ruimte zweefde
leefde in u maar voor even
en u liet het, liet mij gaan

van alle kinderen
die het kind niet waren
zie ik de man die u ontaardde
ik zie hem in de ogen aan
zie, hij vroeg u niet te liegen
mij dood te wiegen of te lieven
laat mij in uw geest bestaan






zondag 21 oktober 2018

Maak ik taal echt sekseneutraal?


Ik ben liever regisseur dan regisseuse. Liever dichter dan dichteres. Dat vind ik al mijn hele leven. Ik weet dat Anne Vegter er op stond Dichteres des Vaderlands genoemd te worden. Waar komt mijn voorkeur vandaan?
Volgens dit artikel van Margreet Vermeulen in De Volkskrant bewijs ik er vrouwen geen dienst mee, maak ik onzichtbaar dat ook vrouwen regisseur en dichter kunnen zijn. En in deze formulering zit het antwoord op mijn zelfonderzoek. Ik vind het zo vanzelfsprekend, dat dat voor mij niet meer expliciet vermeld hoeft te worden. Zo zou het moeten zijn, maar zo is het blijkbaar nog steeds niet.
Toch vind ik nog steeds dichter en regisseur mooier klinken.
En ik betrap mezelf erop dat ik dat als jongvolwassene ben gaan vinden omdat ik dat stoer vond. Kijk eens, ik ben een vrouw die zich niet onderdoet voor mannen, zich moeiteloos beweegt en staande houdt in een mannenwereld.
En daar zit dan toch een addertje onder het gras.
Dat ik dat toen dacht, betekent dat het toch niet zo heel vanzelfsprekend was. En blijkbaar nog steeds niet is.
Toch geloof ik dat ik dichter en regisseur nog steeds mooier, of stoerder vind. En schrijfster vind ik dan weer mooier dan schrijver. Waarom dat dan weer zo is? Misschien omdat dat al meer ingebed is in onze maatschappij, net als presentatrice en presentator die in mijn interpretatie dus blijkbaar gelijkwaardig naast elkaar bestaan.
Bizar eigenlijk hoe dit in het brein verwerkt wordt. Wat taal teweeg kan brengen bij de bewustwording van sociale en maatschappelijke kwesties. Ook wat betreft mijn eigen zogenaamd bewuste maar misschien uiteindelijk meer nog intuïtieve keuzes. En moet ik daar, nu ik me er opnieuw van bewust ben en met mijn neus op de feiten word gedrukt, iets mee of niet?
Van die gedachten op de zondagmorgen.

zaterdag 29 september 2018

Engel


Net voor de film Engel begon had ik een kort gesprek. ‘Gelukkig is scenarioschrijven een ambacht dat je kunt leren’, zei iemand, ‘bij poëzie is dat anders, daar zou ik niet zo veel over kunnen zeggen.’

Dat triggerde mij. Want de dichter en filmmaker in mij proberen al jaren hun plek te veroveren en hoe hard ik ook probeer die twee in het schrijven samen te brengen, soms krijgen ze ook een beetje ruzie met elkaar. Tijdens de film bleef die opmerking in mijn hoofd doorwerken. En de dichter en de filmmaker waren het zowaar met elkaar eens. Schrijven van poëzie is net als scenarioschrijven een ambacht. Een ambacht met gereedschappen die je kunt leren gebruiken. Daar begint het mee. En het is de kunst om daarna die gereedschappen zo te gebruiken dat het kunst wordt. Onderscheidend, authentiek en universeel.

Opeens werd de filosoof in mij wakker:
Die dichter en filmmaker kunnen het er dan wel over eens zijn, maar wat vind jij eigenlijk?

Onderscheidend, authentiek en universeel. Grote, maar ook holle woorden. En door de volgorde wordt ook nog de suggestie van een hiërarchie gewekt. Maar is er wel een hiërarchie in aan te brengen, en zo ja, in welke volgorde. Iets is authentiek en daardoor onderscheidend. Is het niet meer een kwestie van oorzaak en gevolg, of misschien juist van synergie? En wanneer krijgt iets universele waarde? Universeel en authentiek lijken tegengesteld aan elkaar. Iets universeels op een authentieke en onderscheidende manier vertellen is dus blijkbaar de kunst waar je naar streeft. Maar dit als doel stellen bij het schrijven werkt juist averechts. Pas bij het loslaten van deze gedachte en door bij de bron te blijven van waaruit je werkt, kun je iets maken dat alleen jij kunt maken. Daar had je onlangs met een aantal dichters ook nog een gesprek over.

Precies! De poëzie, de poëzie, daar gaat het om.
De dichter wil het woord.
Nee, roep ik, het gaat niet om ons. Het gaat om de ander. 
De tijd en de ander. Het is aan de tijd
en aan de ander om ergens een waarde aan te geven.
Het gedicht en de film zijn van de lezer, de kijker en de luisteraar.
Zij en zij alleen kunnen er hun verhaal aan geven, hun verhaal van maken. Wees stil, lees, kijk, luister.

Terug naar de film Engel. Een fragmentarische film die de kijker in mij aan het werk zette. Het was niet gemakkelijk om ergens een haakje te vinden. Het duurde even voor ik een voor mij duidelijk kader had, echt in het verhaal zat. Zoeken naar een verhaal werkte ook hier averechts. Misschien was het de maker in mij die teveel meekeek. Putte ik te weinig uit mijn eigen bron. Zou dat kunnen? Uiteindelijk werd het harde werken wel beloond. De beelden gaven me een gedachte, de gedachte kreeg woorden, de gedachte werd een verhaal.

Zoals de man in zijn hoofd destructief is en zijn eigen dood in alle variaties steeds weer voorbij zag komen, zo wist de vrouw hem in haar hoofd weer tot leven te wekken.
Een universeel thema, de man vernietigt, de vrouw geeft leven, in een persoonlijk verhaal, op een eigenzinnige manier verteld. Misschien niet wat de maker er in heeft gelegd, maar wel wat ik er uit haalde.
























































zondag 2 september 2018

HOEKSTEEN, the making of van onze dertiende 48-film. In woorden, meer beelden volgen later.





Eerst wilden we niet meedoen, te druk, een te vol hoofd, een te volle agenda. Toen begon het toch te kriebelen en schreven we ons in. Bereidden ons niet zo uitgebreid voor als andere edities. Dat wil zeggen, we hadden geen acteurs in standbystand (mooi woord) en hadden pas een week vantevoren een eerste en ook enige vergadering en locatiescout. Dat was het.

Lastminute vlogen we een artdirector en visagist/fotograaf in. Opnameleider en geluidsman haakten door overmacht af en we besloten het zelf te doen, zoals we dat meerdere jaren ook deden.


Op vrijdagmiddag maakte ik mijn hoofd leeg, las mijn basiscursus scriptwriting nog eens goed door, maakte een naslagdocument met alle genres en kookte een goede maaltijd. Een begin is het halve werk. Of het goed was….het beste voor dat moment in ieder geval wel.

De rest is geschiedenis. Letterlijk. Nooit gedacht nog een Period Piece te maken. Terug naar mijn jeugd, terug naar de krakersbeweging, terug naar de jaren 80.


Wat was dat tof. Een soort van memory Lane, alsof je door je eigen fotoalbum loopt waarin vrienden van toen tot leven komen en geen dag ouder geworden zijn. Wat waren de details in art-direction prachtig. Buttons, boeken, aankleding, planten, spandoeken, slogans, alles klopte. Tot en met de Rotterdamvlag als spandoek met de woorden ‘WONEN IS EEN RECHT’. 



Wat was het leuk om met jonge mensen te werken, met last-minute acteurs die ’s nachts nog geregeld moesten worden. Wat hadden we een pech met haperende techniek en regenbuien. Wat was het tof om jaren 80-muziek tot leven te horen komen. Een poster te zien ontstaan. Wat hadden we weer een geweldige catering.

Wat waren we moe op zondag. Wat zagen we het even niet meer helder de laatste uren. Wat baalde ik ervan dat we direct na het inleveren twee relatief eenvoudige wijzigingen deden en we dat in de middag niet deden, zagen, vergaten. En wat is het tof om nu nog bezig te zijn met een nieuwe versie, wat zeg ik, met nieuwe versies. We zijn bij versie 8, proberen kleine dingetjes en grotere dingetjes uit. Natuurlijk missen we beelden die we wel hadden willen schieten, zien we wat we beter hadden kunnen doen en nemen we ons voor een volgende editie het weer net even anders aan te pakken. 

Een volgende editie? Ja, ondanks het volle hoofd, de volle agenda en een zondagochtend waarop ik, zoals iedere keer, alleen maar de woorden ‘nooit meer’ als een mantra door mijn hoofd hoorde zingen, kriebelt het alweer. Utrecht is wel heel erg snel, volgend jaar misschien, evenals Leeuwarden. Want we willen alle steden een keer gedaan hebben. Maar Cinekid? Wie weet. En misschien wel in een heel andere vorm dan we nu deden.

Niet omdat we willen winnen, maar omdat we willen maken. Moeten maken. Zonder concessies en met mooie mensen die dat ook willen, die dat ook moeten. Want alleen dan komen er mooie dingen uit. Ik ben trots. Trots op wat we met elkaar gemaakt hebben.


vrijdag 25 mei 2018

Voor Noa


In je dromen kun je leven
Kun je altijd liefde geven
Aan de ander die je mist
Worden tranen uitgewist
Ook al lijken we verloren
Dromen maken geen verschil
Worden steeds opnieuw geboren
In een droom kan wat jij wil


Noa is een kanjer en speelt mee in onze film Het geheim van Sophia. Ik heb haar een paar maanden geleden ontmoet en vanaf dat moment is ze een grote inspiratiebron.
Voor mij staat zij symbool voor al die andere kinderen voor wie we ons inzetten. Zij zorgt ervoor dat ik nog steeds onze droom najaag. En dat geldt denk ik niet alleen voor mij, maar ook voor onze cast en crew en niet te vergeten haar ouders Brenda en Edwin die zo ontzettend hard knokken voor hun meisje met hun mantra: We will win!
Haar heb ik voor ogen als ik aan mensen vertel voor wie we deze film willen maken. Artsen doen wat ze kunnen, haar ouders doen wat ze kunnen en nog veel meer, en Noa doet wat ze kan en heel graag en heel goed doet: acteren.
Onze rol hierin is maar heel beperkt, maar ook wij willen doen wat we kunnen: filmmaken. Een film maken waarin Noa haar glansrol mag spelen en zichzelf daarna op het grote doek in Pathé de Kuip terug kan zien, samen met haar vader, haar moeder en al die andere kinderen, vaders, moeders, broertjes, zusjes….
We hebben nog vier dagen om ervoor te zorgen dat we ons crowdfundingsbedrag halen.
Als we het niet halen krijgen we niets van het al gedoneerde geld en kunnen we onze film niet maken. Dat kan en mag niet gebeuren.
Die film die zoveel betekent, de film met Noa, voor Noa en voor al die andere kinderen die het zo ontzettend nodig hebben om weg te kunnen dromen, om even te vergeten dat ze ziek zijn. Die film moet gemaakt!
Doneer nu, voor het te laat is.
Dankjewel. Heel erg dankjewel. Kus en knuffel.
Nu alvast virtueel, maar nog liever ook IRL.