.


.

donderdag 29 juli 2010

licht val

.















een jongen nog, verdronken in mijn eilandzee, het was
een woensdagmiddag rond een uur of twee, toen vrienden
net daarvoor nog met hem zwemmend, lachend, pratend
zijn zwaar weerbarstig lichaam uit het water moesten dragen

terwijl zij zwommen in diezelfde wonderwilde golven die
ons tilden, wij ontstilden en vergaten dat het dodelijke leven
onlosmakelijk verankerd zit in iedere vezel van het tij

wisten wij niets van wat zich onomkeerbaar dicht
bij ons voltrok, de dagen rekten zich nog naamloos uit
en leken onwaarschijnlijk doods, zo troostbaar licht


.
.

maandag 26 juli 2010

ik, de wereld en de kleine mol


het raam in het dak
boven mijn bed
kijkt uit op aarde
het is de omgekeerde
wereld

de wolken razen
traag aan mij voorbij
onder mij door en
om het hoekje van
het raam
vraagt de kleine mol
of hij mag schuilen
in mijn bed


als je op het voeteneind
blijft en me verder
niet stoort
antwoord ik hem
dan wordt het niets
zegt hij en verdwijnt
in het donkere
vooronder

ik draai me om
en voel de regen
die ondergronds
verder druppelt

.

vrijdag 23 juli 2010

Vrij zwemmen



Het duurde even voor ik het doorhad.
De kassamedewerkster herkende me al: ‘Je bent laat!’
‘Ja, maar het kan nog net, een half uurtje!’
En terwijl ze, al telefonerend, mijn zwempas scande vroeg ik: ‘Boven of beneden?’
Ze wees naar de kleedkamerdeur beneden en ik haastte me naar binnen, kleedde me snel om en pakte een 10centmuntje voor een kluisje. De meeste kluisjes waren bezet en de kluisjes die openstonden bleken defect. Gelukkig waren er een paar meiden die net hun spullen in een gezellig maar o zo traag tempo uit een kluisje haalden.

Het zwembad was vol, stampvol en er klonk muziek, harder dan meestal het geval was. Maar er bewoog vrijwel niets. Ik bedoel, niemand zwom echt, er werd gezellig gekletst, een beetje gesparteld en aan de kant gehangen, maar gezwommen werd er niet. Ik schonk er verder geen aandacht aan en liep verder richting banenzwembad, naar boven, de trap op. De trap die ook naar de glijbaan leidde en helemaal vol stond. De deur naar het banenzwembad bleek echter pot- en potdicht.

Een meisje vertelde me dat de badjuf beneden dan moest bellen met de badmeester boven zodat die de deur open kon doen. We bonkten op de deur, maar de muziek overstemde alles. Er zat niets anders op, ik moest me weer door de rijen naar beneden wurmen. De badjuf die ik aanschoot gebaarde naar de badjuf met portofoon en ik spoedde me weer naar boven. Daar stond inderdaad een badmeester bij de deur die tegelijkertijd wat meiden naar buiten liet. Inmiddels waren er minstens vijf van mijn kostbare zwemminuten voorbij, maar soit, ik kon het water in.

Tijdens het banenzwemmen was alles als vanouds. Ik herkende de gezichten en zwembroeken van de banenzwemmers en vergat al snel de drukte van beneden. Ik zwom mijn banen in een lekker tempo, kwam als laatste uit het water en de deur naar beneden werd weer voor me opengemaakt. Ik liep in mijn eentje de inmiddels lege trap af en moest onderaan over een roodgespannen koord met het bordje ‘gesloten’ stappen.

Door de drukte bij de douches miste ik pas na een tijdje de andere banenzwemmers. Ik keek nog eens goed. En toen zag ik het: er waren op dit gedeelte alleen maar vrouwen. En ik verstond geen woord van wat er allemaal werd geroepen en gezegd. Er werd uitgebreid gebadderd en ongegeneerd onder badpakken en bikini’s gescrubd. Vrouwen, meisjes en kinderen onder elkaar, het enige mannelijke waren de jongetjes van hooguit 3, 4 jaar.

Het drong langzaam tot me door: de mevrouw van de kassa had me verkeerd ingeschat en me de kleedhokjeskant van het dameszwemmen en niet van het banenzwemmen opgestuurd.

Hier was ik de enige in sportbadpak met zwembril. Ook de enige die alleen was. Bij het omkleden waren natuurlijk alle hokjes bezet en hield iedereen voor haar vriendin, moeder, dochter of oma het hokje bezet. Ik besloot me om te kleden in de grote kleedkamer. Dames onder elkaar tenslotte en ik vond het wel wat hebben. Opeens merkte ik dat ik weer iets kon verstaan:

‘Ze kijkt hoor, ze kijkt!’

Er werd preuts gedaan omdat ik als buitenstaander binnen was gekomen en ik paste me zeer snel aan, alsof ik geen keus had. De dag ervoor stond ik me op het strand ongegeneerd om te kleden, hier hield ik mijn handdoekje om mijn middel en stond ik met mijn rug naar de anderen. Maar ook ben ik heel erg gaan treuzelen. Uit nieuwsgierigheid om wat er gaande was. Met mij, en met de vrouwen om mij heen.

Vrouwen met lang, donker, golvend haar, in strings en prachtige lingerie, strakke spijkerbroeken en sexy topjes die uiteindelijk naast mij voor de spiegel stonden, hun haar net als ik borstelden en daarna hun hoofddoek omdeden. Buiten stonden de auto’s met hun mannen al te wachten.

donderdag 8 juli 2010

laten we zeggen

.

wat een stilte buiten, hoor je dat
er is geen wind, geen rijksweg
niets, alleen

een slagveld om te overzien
naast pakweg twintig
vliegenlijken

slechts één geplette mot
tussen laptopscherm
en toetsenbord

en natuurlijk die mol met licht
uitpuilende darmen, en oja

in het gras die twee
veel te jonge koolmezen

laten we zeggen dat vandaag
een goede dag was

ja, laten we dat zeggen
zo op de valreep



.

zaterdag 3 juli 2010

Samenvatting Nederland - Brazilië WK 2010

.
.
De eerste helft

en zo verglijdt de eerste helft
er is niemand

die echt de bal wil hebben

Van Persie verdrinkt bijna
in de losliggende plaggen
van het veld

je moet je erbij neerleggen
Van Persie

ontferm je over de bal
hou em even bij je




De tweede helft

Robinho
helemaal over
zijn theewater

daar straalt
de wanhoop
vanaf

de weg kwijt
helemaal

in het moeras beland

op zijn laatste benen
maar die brengen hem

voorwaarts

de negentigste minuut

loopt

hij graaft zich in

het circus Nederland
gaat verder

trekken in Zuid Afrika



(sic)
letterlijke weergave van het commentaar van Frank Snoeks bij de wedstrijd